Johan Bruyneel praat openlijk over dopingschandaal: 'Je kon epo gewoon bij de apotheek krijgen'

Arjen T'Sjoen
| 23 reacties
Johan Bruyneel praat openlijk over dopingschandaal: 'Je kon epo gewoon bij de apotheek krijgen'
Foto: © photonews

In een interview met de Telegraaf sprak Johan Bruyneel open over het dopingschandaal rond Armstrong. 'Deed je niet mee dan werd je als een bal in een flipperkast alle kanten opgereden.'

Tussen 1999 en 2005 won Lance Armstrong zever keer de Ronde van Frankrijk. In 2013 viel de Texaan na jarenlange beschuldigingen dan toch van zijn voetstuk. In een interview met Oprah Winfrey bekende hij zijn dopinggebruik. Naast Armstrong kwam ook zijn voormalig ploegleider Johan Bruyneel onder een immense druk te staan. Bruyneel was jarenlang de trouwe ploegleider van Lance Armstrong en gaf nu voor het eerst details aan De Telegraaf.

Zelf prof in het epotijdperk 

Johan Bruyneel was zelf prof tussen 1989 en 1998 bij ploegen zoals Rabobank, Lotto en ONCE. Als wielrenner wist hij dan ook al af van het bestaan van doping: "Als renner wist ik van de hoed en de rand. Ik was zelf immers jaren prof in het epotijdperk. Ik praat dus uit ervaring. Als jonge renner doorloop je een proces. Voordat je prof wordt, heb je vele opofferingen moeten doen."

"Dan kom je bij de grote jongens, en ontdek je dat daar bepaalde zaken gebeuren. Je ziet dat mannen die bij de amateurs uit je wiel losten, nu ineens vijf kilometer per uur sneller rijden. Wanneer je gaat rondvragen, krijg je te horen welke producten dat verschil maken. Nee, er was in die jaren geen enkel taboe over epo. Het was een onopspoorbaar product en op genoeg plekken eenvoudig te verkrijgen. Dan is het vrij simpel om in het gebruik van epo te rollen",  vertelt Bruyneel aan de Telegraaf.

Nee was geen antwoord

"Uit eigen ervaring wist ik welke wegen renners bewandelen om aan epo te geraken. Ik snapte de vraag van de renners die bij ons aanklopten. Deed je niet mee aan deze medische begeleiding, dan werd je als een bal in een flipperkast alle kanten op gereden. Als de renners in die jaren niet de vraag om medische begeleiding bij de ploeg konden neerleggen, gingen ze zelf op zoek. Dan kwam je bij kwakzalvers als Eufemiano Fuentes terecht of begon je op eigen houtje epo te injecteren. Daarom heb ik ook zo’n probleem met de conclusie dat er binnen onze ploeg een dopingprogramma was. Epo kon je in veel landen zo bij de apotheek krijgen en iedereen kon dat eigenlijk gewoon zelf injecteren. Het was niks ingewikkelds.”

Epo kon je in veel landen zo bij de apothkee krijgen. Het was niks ingewikkels" 

"Als de vraag van een renner kwam, wist je dat ’nee’ geen antwoord was. Wanneer renners zelf aan de slag gaan, beginnen immers pas echt de problemen. De toekomst van de ploeg kwam in gevaar wanneer we met een positieve dopingtest te maken kregen. Zeker met een Amerikaans overheidsbedrijf als US Postal als sponsor. Voor ons waren er twee basisprincipes. De gezondheid van de renners mocht nooit in gevaar komen en er mocht nooit een renner positief testen. Daarom stelden wij onze hematocrietgrens niet op 50 zoals de UCI deed, maar een stuk lager op 48.”

Schade aan de wielersport 

De schade die de wielersport geleden heeft is uiteraard niet te overzien. Bruyneel wijt dit voornamelijk aan de generatie: 'Wij hebben er niet voor gekozen om in het EPO tijdperk te koersen. Indien er een keuze was, had echt niemand voor epo gekozen. Maar als je op het hoogste niveau wilde blijven fietsen, kon je niet anders dan hier aan mee te doen. Het is heel moeilijk om uit te leggen in welke innerlijke strijd je zat. Daarom ben ik nu ook een boek aan het schrijven waarin ik probeer uit te leggen wat er zich in die jaren in het hoofd van een jonge atleet allemaal afspeelde."

Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Wielerkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

Nieuwste reacties