Zijn Van Baarle en Stuyven niet te oud voor Soudal Quick-Step? Sep Vanmarcke legt het uit
© photonews
Met het vertrek van Remco Evenepoel naar Red Bull-BORA-hansgrohe moest Soudal Quick-Step zich heroriënteren. De ploeg koos voor een grondige vernieuwing van de kern, met het oog op de Vlaamse klassiekers. Acht nieuwe renners werden aangetrokken, waaronder Dylan van Baarle en Jasper Stuyven, beiden 3
De keuze voor Van Baarle en Stuyven roept vragen op over hun leeftijd en actuele vorm. Van Baarle kende zijn laatste succesvolle voorjaar in 2022, maar werd sindsdien afgeremd door blessures, waaronder een heupbreuk in 2024. In de Cyclingflash 365 Ranking is hij inmiddels uit de top 500 verdwenen. Stuyven, daarentegen, staat nog op plaats 70 en blijft regelmatig ereplaatsen behalen, al lijkt een overwinning in een monument voorlopig buiten bereik.
Tactische keuze
Binnen de ploeg wordt echter anders naar deze situatie gekeken. Sep Vanmarcke, sinds kort ploegleider bij Quick-Step, verdedigt de keuze nadrukkelijk. “Sommige mensen zullen misschien zeggen: die twee zijn niet meer van de jongsten. Maar dan vergeten ze dat het mannen zijn die nog altijd op hun manier presteren en ik geloof dat ze dat de komende jaren gaan blijven doen”, verklaart hij aan WielerFlits.
Volgens hem is het aantrekken van deze ervaren renners een bewuste strategie om snel weer competitief te zijn in de klassiekers. “Ik vind het een heel goede zet van Jurgen (Foré, nvdr), omdat je met die aankopen snel de ploeg terug op de kaart kunt zetten in de klassiekers. Ze gaan terug een beetje naar de basis van de ploeg.”
Mentorschap
Vanmarcke benadrukt dat de rol van Van Baarle en Stuyven verder reikt dan individuele prestaties. Hun aanwezigheid moet ook bijdragen aan de ontwikkeling van jong talent binnen de ploeg. “Onder de schouders van die mannen kan ook iemand als Paul Magnier, een groot talent, doorgroeien,” stelt hij.
{READALSO}Die samenwerking werkt volgens Vanmarcke in twee richtingen. “Als ze met een paar renners van de ploeg de finale inkomen, kunnen de ervaren krachten op de sprint van Paul rekenen. En omgekeerd, als Paul er niet meer bij is, hebben Dylan en Jasper al genoeg gepresteerd om het zelf te scoren”, besluit Vanmarcke.