Wat en wie te verwachten op de Izoard en Galibier?

Wat en wie te verwachten op de Izoard en Galibier?
Foto: © photonews

Volg Wielerkrant nu via WhatsApp!

Het is stilaan tijd voor die echte monsters in de Alpen, die beklimmingen die echt nog een klassementsman door het ijs kunnen doen zakken. Dat de aankomst van de achttiende rit in het dal ligt, vermindert de kans op enorme verschillen. Desondanks zal de spektakelwaarde niet min zijn.

In het eerste deel van de rit staan er wel al twee cols op het menu. En hoewel de Col de Vars zeker stevig is, is het eigenlijk ook nog maar een opwarmertje voor de Izoard en de Galibier. Twee beklimmingen met een enorme geschiedenis in de Ronde van Frankrijk. Het leert ons ook wel iets over wat we daar mogen verwachten.

De Izoard was er al vroeg bij in de Tour. In 1922 werd deze klim voor het eerst in het parcours opgenomen en dat zou nadien nog 34 keer gebeuren. De Giro deed de Izoard ook al zes maal aan. De laatste die er als eerste boven kwam, was Warren Barguil in 2017.

De huidige drager van de Franse nationale kampioenentrui is dan ook het type renner dat zijn klimmersbenen zal tonen op de Izoard. Of de absolute toppers zich daar al zullen roeren is nog maar de vraag, zeker gezien de klim nog ver van de aankomst ligt. Maar andere straffe klimmers die nog weinig hebben aan hun metgezellen, hoeven zeker niet te wachten.

SLOPEND EN LANG

Vervolgens is het dan op naar de Galibier. Wat deze twee beklimmingen gemeen hebben is dat ze ten opzichte van de andere cols in deze rit bijzonder slopend zijn. En lang, enorm lang. De kunst is voor de renners om zichzelf goed genoeg in te schatten en de inspanningen te kunnen volhouden. Met nog hele steile stukken aan het eind.

AL BERGOP NOG VOOR DE VOET VAN DE GALIBIER

De Izoard is een klim van 14,1 km aan een gemiddelde van 7,3%. Op de Galibier zullen de renners maar liefst 23,1 km lang vertoeven en rijden ze aan een gemiddelde van 5,1%. Zelfs de aanloop vanuit Briançon richting Galibier loopt al omhoog. Een cadeau is het zeker niet. In de Tour van 2017 bereikte Primoz Roglic als eerste de top.

De Sloveen is er deze keer niet bij. Van Jumbo-Visma mag het deze keer ongetwijfeld Steven Kruijswijk zijn. Het zijn wel weer de kwieke klimmers die het meest in aanmerking komen. Zij die op dit moment van de Tour nog het meest fris zitten. Wat wil zeggen: zij die het minst vermoeid zijn. Ook klimmers die goed kunnen indelen zijn in het voordeel. Niet over je toeren gaan en een tempo rijden dat je aankan, is de sleutel.

Corrigeer
Fout gevonden in bovenstaand artikel? Meld het hier!

Schrijf je nu in voor de Wielerkrant nieuwsbrief

Meer nieuws

Meer nieuws

Populairste artikels

Nieuwste reacties